Friday, April 30, 2004

Lintjesregen 2004

-
WAAR ZIJN DE ALLOCHTONEN?

Ik zou ook niet willen integreren in een land,
waar de bewoners niet willen integreren!

Thursday, April 29, 2004

The Girl Who Liked Matches Too Much

-
I did not think I would do it: write a book review. But this book is so stunningly beautiful that I must.
La Petite Fille qui Aimait trop les Allumettes by Gaétan Soucy.
The title is awkward. It is the only thing I do not like about it. The misery underlying the story is gruesome, but the book is not really about a miserable family with a miserable history.
The main character, the narrator, is groping for words to express herself. She has been isolated and her sources for language learning have been old books. That is why she speaks in antiquated phrases and strange slang, mixed together. Often she chooses the wrong word, and half of the time she ends her reasoning with: “If you see what I mean.” “If I express myself clearly.” “Well, more or less.”
The result is a fascinating struggle for being. Language has become a truly quintessential expression of self. A metaphor. In spite of the sadness of the story the book is lyrical in its tenderness. It is extremely painful. It is about the inside of suffering. Yet . . . .
Stop! The more I say, the less justice I do to the extreme beauty of this book. Read it and judge for yourselves!

Wednesday, April 28, 2004

Het Vlies

-
Flinterdun
is het gaas
om het verdriet
dat niemand ziet.

Gedrag zoals het hoort,
tot een verkeerd woord
de schijn doorboort
van het onkwetsbaar zijn.

Even knapt de lijn,
heel kort.
Hij wordt met kracht
weer aangesjord.

Het vlies lacht
met man en macht
rond het verlies

Monday, April 26, 2004

De dag Kent Geen Nacht

-
De dag kent geen nacht;
de zon is onverschillig
voor de maan,
en de mol heeft geen
weet van de zwaan.

Zo schuiven zij
langs elkaar heen:
de ander ziet nooit
de een.

Maar lach
en traan
kunnen samen gaan.

Tóch nog verbonden.
Tóch niet alleen.

Friday, April 23, 2004

Thursday, April 22, 2004

Ageless Dangling

-
Her lips have sucked
away the innocence
of her childhood.
Her face is scarred
in ruts of ruin.
And yet too young
she is to buoy
the waves of pain.
She’s blown out hope
in clouds of smoke;
too old to have ever
tasted joy.

She is ageless
in her dangling
between a rock
and a hard place;
angrily angling
for a life
that has long
drifted
to the horizon.

Wednesday, April 21, 2004

De Zwerver

-
Maar zij
kijkt de zwerver
niet recht
in zijn ogen.

Ze durft
het niet.

Hij zou haar
broer kunnen zijn.

Monday, April 19, 2004

Hoofddoekjes

-
Ik wil ook nog een duit in het zakje doen van de discussie over hoofddoekjes.
Ik ben er vóór. Laat ik daarmee beginnen.
Kijk, de maatschappij vervlakt. Vroeger was alles veel duidelijker, veel herkenbaarder. Een man met een zwart ooglapje en een oorring was een zeerover, een melaatse liep te klingelen met zijn bel, nonnen droegen een habijt. De kleren maakten de man, en zo was er geen verwarring over rangen en standen en over geloof en ras. Helder.
Ik vind het dus prettig dat Moslim vrouwen sluiers dragen. Je weet dan meteen wat voor vlees je in de kuip hebt. Dan is het duidelijk dat het gaat om vrouwen die onderdrukt worden door hun mannen. Door hun vader of hun echtgenoot of hun broer. Dat maakt niet uit. Ze worden onderdrukt. Klaar.
Eigenlijk zouden álle vrouwen die door mannen onderdrukt worden een hoofddoek moeten dragen. Zijn ze direct te herkennen. Zijn ze er direct uit te pikken in de massa.
Nou zou ik ervoor willen pleiten om de onderdrukkende mannen ook een oormerk te geven, zodat je weet wie je voor je hebt, als ze je op straat aanspreken. Nou ja, oormerk. Ik dacht meer aan een neusring. Daar kun je ze ook nog eens aan ketenen als ze zich weer misdragen. Daaraan kun je ze achter je aan voeren naar de slacht.
Maar goed, zover is het nog niet. We moeten het nog even doen met de hoofddoeken, die de gemoederen al aardig beroeren. Er wordt veel over gezegd, door de rekkelijken en de preciezen. Iedereen heeft er zo zijn mening over. Behalve de moslima’s zelf. Die hoor je er nauwelijks over. En dat is maar goed ook. Die worden onderdrukt, dus die moeten hun mond houden.
Het meest ontroerend vind ik de mannen in strakke pakken met zegelring, die zo voor een ander spreken, die zich als ridders opwerpen voor de zaak van deze vrouwen met hoofddoek. Die vinden dat ze ervan bevrijd moeten worden, want het is toch een schande zoals die vrouwen onderdrukt worden! Die zo graag deze onderdrukte vrouwen onderdrukken door ze hun mening op te dringen.
Deze apen zou ik vooral graag willen ringeloren, nou ja, door de neus dan.

Misschien komt deze argumentatie wat kronkelig over. Dat klopt. Ik oefen voor de politiek. Maar ik weet dat ik nog een lange weg te gaan heb.

Friday, April 16, 2004

Echo

-
There is an echo in your heart.

When no one speaks,
What do you hear?

Thursday, April 15, 2004

Ontroerd

-
Ik raak
beroerd,
de koers
bijster.

Het schip strandt
en landt
ontmand.
Wie wijst er

de vaart
in het duister?
Waar huist er
zicht?

Het licht
luistert
en fluistert.
Het hijst er

De vlag
naar de
blanke dag.

Tuesday, April 13, 2004

Een Dag

-
Een dag begint zo klein.
Een aarzelend ontwaken,
een eerste wassing
om de slaap te weren,
de blik te keren
op de dagelijkse taken.
Een warmende kop thee
met brood, waarmee
de opening wordt voltooid.

Nu neemt de dag een vlucht.
Hij warrelt om het werk.
Hij groeit om doen en gaan:
de bel, de telefoon om niets,
een boodschap op de fiets.
Hij zwelt en zucht
in druk, druk, druk bestaan.

De tijd vertraagt.
De dagtaak is volbracht
en wordt onttooid.

Nog even
rukt de krant
het alledaags beleven
uit verband.

Het maal verweert de tijd:
mentaal verteren,
opsouperen
van ’s daags bezigheid.

Een glaasje wijn
verdaagt
het etmaal
naar zijn laatst refrein.

Een dag bereikt zijn eind.
Hij wordt geleidelijk verkleind
totdat de slaap
hem stil doet zijn –

Hij glijdt
naar waar de nacht
hem wacht.

Friday, April 09, 2004

Good Friday

-
Shame on you, you surfers on the internet!
You should be listening to the most passionate of musics about the suffering of Christ according to the gospel of St. John or St. Matthew.
One of the passions by J.C. Bach should be filling your living room at the moment!

Thursday, April 08, 2004

Salade de Carrottes

-
carrots
raisins
shallots
apple
parsley
cider vinaigre
olive oil
mustard
salt, pepper

Soak the raisins in the vinaigre for a few hours. Add the mustard, olive oil, salt and pepper to make a dressing. Mix with grated carrots and apple and minced shallots.

Simple!

Wednesday, April 07, 2004

Thuis Komen

-
De eerste dag
stroomt het water
uit de kraan
ijskoud afwerend.

Langzaamaan
warmt het huis
om ons bestaan.
De vlammen branden
onder de pannen.
We tooien de bedden
met schoon dek;
laten onze zooi
op bank en tafel
aangroeien.
's Avonds knispert
en ronkt het vuur
in de haard.

Het huis laat
zich verleggen
en knort.

Tuesday, April 06, 2004

An Aging Tree

-
I think I’ll cease
aging any further.
Fifty seven
is quite old enough.

So hide the tide,
and halt the flow.
No longer
will I grow.

Stay still.
No more “I will”.
A simple “be”
should do.
___

Alright, you win.
I know
I must give in.

Pile
day
upon
day.

I’ll
play
along.

But
keep
it
slow
while
I
grow

on

and

on.

Friday, April 02, 2004

The Fairy Grandmother

-
She was a little stooped hunch-backed old woman, her face like that of a wrinkly monkey. And she had a creaky voice at that.
Yet she was a fairy grandmother.
Every year when we were on holiday with our aunts and uncles and our cousins, we would go on long walks. I don’t remember that we were ever bored, picking juicy blueberries, playing among the tree trunks or wading in the cold, clear streams.
But best of all was Granny. We would flock around her, begging her to tell us a story. She always consented willingly.
We would sit down in the warm sand, chewing a blade of grass, or drawing shapes between our feet with a stick, listening to her voice transporting us to the land of the fairy tales, casting her spell.
When we were walking it was more difficult to be in the right position to hear it all. The other cousins would be crowded closer to her. But as soon as she was aware that one of the little ones could not share in everything, she would make sure we would change places, so no one was left out.
I hardly remember any of the many stories she told. There must have been scores over the years.
The only story that partly comes to mind was about a bad person who had extracted a promise from a good person, which promise would be fulfilled “when the oak tree had lost all its leaves.” Since oak trees apparently don’t lose all their leaves, the good guy got away with it.
I remember being disappointed, too young to appreciate the subtlety.
But it is the only story that has stuck, for precisely that reason, I suppose.
Whenever I see oak trees in the fall now, I check their leaves, while little stooped Granny appears before me, like the magic of her fairy tales.

Thursday, April 01, 2004

Last en Kracht

-
Last maal lastarm
is kracht maal krachtarm.

De schaal
wikt en weegt.

Wat de rechterhand
schrijft
veegt de linker
weer weg.

De dood richt
zich op
waar geboorte
sterft.

De mens
staat tussen
twee strekkende armen
die wiegend bewegen
in wind
van het lot.