-
Vergaderen, daar houdt zijn kin van.
Terwijl de arm als pilaar met de elleboog in het tafelblad verankerd staat, leunt de kin comfortabel op de rug van zijn hand. Hij kijkt peilend rond.
De gezichtsdelen zijn weer aardig op dreef: het sikje aan de overkant wipt opgewonden op en neer, terwijl de overhangende mond spreekt. Het kuiltje ernaast schommelt. Een jaknikker.
Het gaat goed. De kin hoeft niet vastberaden zijn krachtige hoekigheid in de strijd te werpen. Hij kan minzaam blijven rusten op de hand die koesterend onder hem langs strijkt.
Dit komt zijn peinzend intelligente blik ten goede.
No comments:
Post a Comment